Hobby

Vroeger hadden mensen een hobby. In het Nederlands noemden wij dat een liefhebberij. Dat was een bezigheid waar men geen geld mee verdiende, want dat deed men in zijn vrije tijd. Dat was tijd die overbleef naast de baan, het slapen, het huishouden en het verenigingsleven.

Vrouwen hadden als hobby’s lezen en handwerken en mannen verzamelden postzegels of hielden duiven. Wij constateren dat de hobby verdwenen is. Tegenwoordig heeft men de passie. Passie is de overtreffende trap van liefhebben. Waar je vroeger kon opmerken dat je graag kookte, en dat kon betekenen dat je soms zes uur in de keuken stond, moet je tegenwoordig zeggen dat koken je passie is. Dat houdt meestal in dat er langer dan een half uur achter het fornuis wordt gestaan, besprenkeld met een ‘goed’ glas wijn. Het begrip liefde is gedevalueerd. Men doet minder en benoemt het groter. Nu heeft passie ook een betekenisverandering ondergaan. Denk even aan de Mattheuspassie. Passie had met lijden te maken. In de gepassioneerde romantische liefde zat ook nog een element van lijden. Als men nu een passie voor schoenen heeft, lijdt alleen de portemonnee, pardon, de creditkaart. Wij willen gaarne de liefhebberij weer terug, hoewel wij dit stukje natuurlijk uitermate gepassioneerd hebben geschreven.

Rubriek(en): Missive, Taal- en LetterkundeTags:

Nog geen reactie, laat uw stem beneden horen!


Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Reactie *
Name *
Email *
Website

Let wel!

Natuurlijk kunt u op dit artikel reageren. Helaas kijken wij eerst of uw reactie voldoet aan onze eigenzinnige maatstaven voor stijl en inhoud. Wij schuwen de kritiek niet, mits goed geformuleerd en onderbouwd. Ook sluiten wij een weerwoord niet uit.

Alvast bedankt.